Een meerderjarige die berecht wordt onder het jeugdstrafrecht. Kan dat? Ja zeker. Een voorbeeld diende gisteren ter zitting van de rechtbank in Leeuwarden.
Een 20-jarige man werd verweten betrokken te zijn bij een diefstal met geweld (straatroof) in maart vorig jaar in Leeuwarden. Een man werd die dag door een groepje gedwongen een jas, tas, bankpas e.d. af te geven. Onze cliënt was daarbij aanwezig. Hij was destijds 19 jaar oud.
Cliënt verklaarde geen wezenlijke bijdrage te hebben geleverd aan de diefstal. Hij stelde op een afstand te hebben staan kijken. Raadsman Ralph Titahena betoogde dat objectief steunbewijs dat cliënt actief heeft bijgedragen aan de diefstal met geweld ontbreekt. In dat geval zou vrijspraak moeten volgen.
De reclassering had in deze zaak een adviesrapport uitgebracht. Daarin werd geadviseerd om het jeugdstrafrecht toe te passen. Die mogelijkheid bestaat indien een verdachte nog niet de leeftijd van 23 jaar heeft bereikt. Volgens de wet kan de rechter dit doen indien hij daartoe grond vindt “in de persoonlijkheid van de dader of de omstandigheden waaronder het feit is begaan”. Volgens de reclassering functioneert cliënt op een lager intelligentieniveau dan zijn kalenderleeftijd aangeeft en maakt hij een jeugdige indruk. Bovendien is cliënt beïnvloedbaar en impulsief. Volgens de reclassering is cliënt ontvankelijk voor de invloed en ondersteuning van volwassenen (waaronder zijn moeder en opa). Een benadering vanuit een pedagogische invalshoek sluit naar verwachting bij hem aan.
De officier van justitie sloot zich bij het advies van de reclassering aan en vorderde een voorwaardelijke jeugddetentie van acht maanden. Ook raadsman Titahena kon zich vinden in dit advies maar wees – onder verwijzing naar rechtspraak en het Internationale Verdrag van het Kind - op het feit dat in het jeugdstrafrecht het belang van het kind altijd de eerste overweging is. Een voorwaardelijke jeugddetentie zou niet in het belang van zijn cliënt zijn. Zo’n straf hangt gedurende de proeftijd toch boven het hoofd van de veroordeelde en een dergelijke vrees levert in de visie van de verdediging voor cliënt een zodanige druk op dat dit fysieke gevolgen zou kunnen hebben. Bovendien is het opleggen van een jeugddetentie – ook al is het voorwaardelijk – eerder uitzondering dan regel in het jeugdstrafrecht. Titahena verzocht de rechtbank – voor het geval cliënt veroordeeld zou worden - af te zien van een voorwaardelijke jeugddetentie.
De rechtbank doet uitspraak op 6 augustus a.s.
Op ons kantoor staan we veel jongeren in strafzaken bij. Wij verzorgen ook cursussen voor advocaten in het gehele land op - onder andere - het gebied van het jeugdstrafrecht. In alle bescheidenheid menen wij als kantoor dat we veel expertise en ervaring hebben om jongeren te verdedigen. Dat geldt ook voor volwassenen waarbij het jeugdstrafrecht (mogelijk) wordt toegepast. Neem contact op voor advies of bijstand.
