Een 22-jarige inwoner van Leeuwarden raakte in 2022 betrokken bij een ernstig verkeersongeval. Onze cliënt kwam op de voor hem verkeerde rijbaan terecht en raakte daarbij frontaal een tegenligger. De bestuurder van de andere auto raakte zwaar gewond.
Onze cliënt heeft geen herinnering aan het ongeval.
Het bijzondere is dat cliënt destijds werd onderzocht omtrent epilepsie waarbij hij medicatie voorgeschreven kreeg. Hij was op de dag van het ongeluk op weg naar het ziekenhuis voor medisch onderzoek in verband met deze mogelijke aandoening. De avond voor het ongeluk had hij voor het laatst medicatie ingenomen. Cliënt heeft vermoedelijk een epileptische aanval gekregen en de macht over het stuur verloren. Is iemand dan schuldig aan dit ongeval?
Volgens advocaat Leon Klewer niet. Hij bepleitte vrijspraak van zwaar lichamelijk letsel door schuld. De cliënt kon er immers niets aan doen. Juridisch vertaald verkeerde de cliënt in een verontschuldigbare onmacht.
Het hof verwerpt dit verweer. “Hoewel ten tijde van het ongeval nog niet definitief vaststond dat verdachte leed aan epilepsie, is het hof van oordeel dat verdachte in de periode voorafgaand aan 4 april 2022 wel al wist dat hij leed aan een aandoening waardoor hij de volledige controle over zijn lichaam verliest of kan verliezen. Er waren immers al twee eerdere momenten geweest -op 25 november 2021 en de val in de douche, voorafgaand aan 4 april 2022- waarop hij daadwerkelijk de controle over zijn lichaam is verloren. Dit wist hij en sindsdien stond hij
ook onder behandeling in het ziekenhuis vanwege de mogelijke aanwezigheid van de aandoening van epilepsie. Daar komt bij dat verdachte in de maand voorafgaand aan het ongeval medicatie tegen epilepsie voorgeschreven had gekregen en dit tweemaal per dag
slikte.
Verdachte was op 4 april 2022 onderweg naar het ziekenhuis voor een MRI-scan die uitsluitsel zou geven over de vermoedens van epilepsie. De dag voor dit ziekenhuisbezoek heeft verdachte zijn medicatie niet ingenomen. Door in een auto te stappen zonder zijn medicatie tegen epilepsie te hebben ingenomen, terwijl hij wist dat de mogelijkheid dan
bestaat dat hij de controle over zijn lichaam weer kan verliezen, is naar het oordeel van het hof sprake van aanmerkelijk onvoorzichtig rijgedrag.”
Anders gezegd. Cliënt nam een risico door achter het stuur te stappen, terwijl hij wist hij mogelijk een epileptische aanval zou krijgen. Daarmee staat voor het hof de schuld vast.
Toch is het voor cliënt redelijk goed af. De verdediging vorder aan dat bij een bewezenverklaring geen sprake zou kunnen zijn van de door het rechtbank bewezen verklaarde zeer onvoorzichtig rijgedrag. Het hof volgt dit verweer. Volgens het hof is sprake van aanmerkelijke onvoorzichtigheid, een lagere vorm van schuld. Het hof legt aan cliënt een taakstraf op voor de duur van 120 uren en een voorwaardelijk rijontzegging van zes maanden. Hij raakt het rijbewijs dus niet kwijt. Bij de rechtbank was nog sprake van een fors hogere taakstraf en een onvoorwaardelijke rij-ontzegging.
Klik hier voor de volledige uitspraak.
