Gisteren oordeelde de politierechter in Leeuwarden dat een 25-jarige cliënt uit Leeuwarden een (korte) gevangenisstraf dient te ondergaan. De man had zich in juni 2023 in Heerenveen schuldig gemaakt aan openlijke geweldpleging. Over het bewijs was geen discussie. Onze cliënt bekende zijn aandeel. De mededaders werden veroordeeld tot een taakstraf van 28 uur.
Klik hier voor een artikel over de strafzaak in de Leeuwarder Courant.
Meer principieel was de vraag of cliënt een korte gevangenisstraf diende te ondergaan. Hij was eerder veroordeeld en had een voorwaardelijke gevangenisstraf boven zijn hoofd hangen. Hij was dus een gewaarschuwd man. Anderzijds was onze cliënt open een eerlijk en betuigde hij spijt. De reclassering had een lovend rapport over de persoonlijke omstandigheden opgesteld. De man had een baan, was vader en een eigen woning. Kortom, hij had zijn leven goed op de rit.
Raadsman Ronald Knegt wees op de grote nadelen van een korte gevangenisstraf. Deze werkt- zo blijkt uit onderzoek – contraproductief. Bovendien is sprake van ernstige capaciteitsproblemen binnen het gevangeniswezen waardoor tot kortdurende celstraffen veroordeelden al geruime tijd niet meer worden opgeroepen om hun straf uit te zitten. Knegt waarschuwde voor kosmetisch straffen.
Ondanks het pleidooi van de verdediging was de rechter onvermurwbaar. Voor de openlijke geweldpleging legde zij een gevangenisstraf van drie maanden waarvan twee voorwaardelijk op. Een eerder opgelegde voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden werd omgezet in één maand.
De verdediging beraadt zich op hoger beroep. Indien geen hoger beroep wordt ingesteld, is het de vraag of de gevangenisstraf daadwerkelijk moet worden ondergaan. De minister heeft sinds eind 2023 bepaald dat veroordeelden niet meer in een gevangenis terecht kunnen. Het is op dit moment onzeker hoe lang dat duurt en of er een alternatieve sanctie voor in de plaats komt.