Het gerechtshof in Leeuwarden heeft gisteren zeven mannen vrijgesproken van betrokkenheid bij de ontploffing van een carbidkanon in het centrum van Joure op Oudejaarsavond 2020. Hoewel het hof uitgaat van een moedwillige ontploffing, kan van deze zeven cliënten niet meer worden vastgesteld dan dat ze in de nabijheid aanwezig waren. Van wetenschap van of afspraken over een ontploffing is niets gebleken. Het hof volgt daarmee het pleidooi van raadsman Tjalling van der Goot.
Klik hier om de uitspraken te bekijken.
Op 31 december 2020 ontplofte een giertank met carbid in het centrum van Joure. Van de hierbij betrokkenen hebben zich daags er na twaalf jongemannen op het politiebureau gemeld. De zaken van twee cliënten zijn geseponeerd, tien verdachten zijn vervolgd. De cliënten ontkennen opzet en stellen allemaal dat sprake is geweest van een ongelukkige samenloop van omstandigheden.
Drie cliënten zijn door het hof wel veroordeeld. Volgens het hof kan het niet anders dan dat het kanon door middel van een ontsteker in de auto – waarachter het kanon bevestigd was – tot ontploffing is gebracht. Het hof gaat er van uit dat dit is gedaan door de persoon om de achterbank. Deze persoon ontkent dat. Volgens het hof zijn de andere twee inzittenden medepleger omdat de ene de auto bestuurde en de andere in de auto heeft gebeld. Ook deze twee cliënten betwisten van de naderende ontploffing te hebben geweten. Aan de drie inzittenden van de auto zijn taakstraffen van 180 uren opgelegd.
In eerste aanleg veroordeelde de rechtbank alle tien cliënten nog tot een taakstraf van 180 uren.
De vrijgesproken cliënten zijn vanzelfsprekend blij het de uitspraak. Dat geldt niet voor de drie veroordeelde cliënten. In de visie van de verdediging is het hof bij het bewijs van opzet voorbij gegaan aan de stellige ontkenning van de cliënten en aan het gebrek aan onderzoek naar de oorzaak. Bovendien zijn door de verdediging aangedragen alternatieve scenario’s – zoals een ontsteking door middel van statische elektriciteit of door een vonk door loszittend ijzer in het ijzeren kanon – te gemakkelijk als onaannemelijk terzijde geschoven.
Daar komt bij dat van twee inzittenden in de auto slechts is overwogen dat de ene de auto bestuurde en de andere zou hebben gebeld. Van bellen is niets gebleken, onderzoek aan de telefoon heeft niets opgeleverd. De cliënt ontkent te hebben gebeld. Het feit dat de voornaam van deze cliënt is genoemd door een (onbekende) persoon op de brug in het centrum van Joure en dat deze persoon heeft gebeld, betekent niet per definitie dat deze persoon met cliënt heeft gebeld. Er zijn vele mensen met dezelfde voornaam. Voor het bewijs van medeplegen is noodzakelijk dat vastgesteld dat sprake is van een nauwe en bewuste samenwerking met de dader. Indien vastgesteld wordt dat de man op de achterbank het kanon bewust heeft laten ontploffen, is van een dergelijke intensieve samenwerking is niets gebleken.
De verdediging beraadt zich op een beroep in cassatie in de drie zaken waarin het gerechtshof een veroordeling heeft uitgesproken. De termijn hiervoor bedraagt twee weken.
Klik hier voor berichtgeving over de uitspraak op Omrop Fryslan met een interview met Tjalling van der Goot.
