Op 11 november jl. vond bij het gerechtshof in Leeuwarden de behandeling van het hoger beroep plaats naar aanleiding van de boerendemonstratie bij afvalverwerkingsbedrijf Attero in Wijster op 8 juli 2020. De plaatsvervangend voorzitter van Veiligheidsregio had enkele dagen eerder een verbod uitgevaardigd om met tractoren te demonstreren. In juni jl. veroordeelde de rechter in Assen diverse boeren wegens overtreding van de Wet Openbare Manifestaties. Vier van deze boeren gingen tegen de veroordeling in hoger beroep.
Raadsman Tjalling van der Goot betoogde dat het besluit van de Veiligheidsregio onrechtmatig was. De vrijheid om te betogen is een hoog goed en mag slechts bij hoge uitzondering en bij in de wet genoemde gevallen worden ingeperkt. Aan die wettelijke criteria is volgens de verdediging niet voldaan. Daarmee is lichtvaardig de demonstratievrijheid aangetast. Dat een demonstratie, betoging of blokkade hinder of overlast veroorzaakt, is niet relevant. Dat is de prijs die de rechtsstaat betaalt om het grondrecht te kunnen uitoefenen.
Daarnaast voerde de raadsman aan dat het besluit van de Veiligheidsregio niet deugdelijk is gepubliceerd. Volgens de kantonrechter was uit het opsporingsonderzoek duidelijk geworden dat “het besluit aan de media was verstrekt en op diverse internetsites was gepubliceerd”. Welke media en welke sites dit zijn geweest, is niet duidelijk geworden. Daarmee is ook niet vastgesteld dat de cliënten kennis hadden kunnen dragen van de inhoud van het besluit. Bovendien is de enkele plaatsing van het besluit op de eigen website van de Veiligheidsregio onvoldoende. Publicatie in een publicatieblad of op de officiële website van de overheid is vereist maar niet gebleken. Indien het besluit niet op een correcte wijze is gepubliceerd, is sprake van een onrechtmatig besluit.
Tot slot is de verdediging ingegaan op de individuele rol van de vier cliënten. In twee gevallen was sprake van aanwezigheid bij de demonstratie met een auto, niet met een trekker. Uit de gepubliceerde toelichting van de Veiligheidsregio op het besluit valt af te leiden dat het verbod louter ziet op een demonstratie “met landbouwvoertuigen”, niet met auto’s. Bovendien is niet vastgesteld welke actieve rol de cliënten hebben gehad ten tijde van de betoging. Het oordeel van de kantonrechter impliceert dat de enkele aanwezigheid reeds voldoende is. Dat oordeel is in de visie van de raadsman onjuist.
Het openbaar ministerie adviseerde primair het gerechtshof om het vonnis van de rechtbank te bevestigen. Wel gaf de advocaat-generaal toe dat er problemen zijn met de publicatie-eisen van het bestreden besluit. Op dit onderdeel refereerde de advocaat-generaal namens het OM zich bij nader inzien aan het oordeel van het hof.
Het hof doet uitspraak op donderdag 25 november a.s. om 13.30 uur.