In het Algemeen Dagblad van 25 september jl. stond een artikel over het probleem dat gekwalificeerde tolken Fries weigeren nog langer tegen een beperkte vergoeding tijdens strafzittingen als tolk op te treden. Daarbij is een kort stuk geplaatst met een reactie van Tjalling van der Goot. Volgens de raadsman is het spreken van een eigen taal ter zitting niet alleen een recht maar ook in het belang van een zorgvuldige rechtspleging.
Klik hier voor het artikel. Hieronder volgt de tekst.
“De enige andere twee tolken Friese taal hebben zich solidair verklaard met Fedde Dijkstra. Strafrechtadvocaat Tjalling van der Goot van het bureau Anker & Anker was bij de laatste zaak van Dijkstra, waarbij de verdachte in zijn eigen taal wilde spreken. Meteen na de zitting zei de strafpleiter op Twitter: ‘Laatste zitting met C1-tolk Fries meegemaakt. Hij stopt vanwege (te lage) vergoedingen. Zag vandaag weer meerwaarde om in eigen taal terecht te staan.’ Want verdachten kunnen het beste verklaren in de taal die het dichtst bij ze staat, vindt van der Goot.
Dat is volgens hem niet alleen in het belang van de verdachte, maar ook in het belang van de rechtspraak. „Je loopt anders het gevaar dat je je net ongenuanceerd uitdrukt of dat je naar woorden moet zoeken.” Alle procesdeelnemers moeten minimaal passief Fries spreken, vindt hij, anders is een tolk noodzakelijk. „We moeten het verdachten niet moeilijk maken, maar juist barrières wegnemen.” Van der Goot, zelf Fries, moedigt zijn cliënten aan om Fries te spreken. „Kijk, de meeste Friezen spreken gewoon Nederlands. Maar bij sommigen is het een beetje aan elkaar geknoopt Nederlands. Dan kan het zijn dat je zinnen net verkeerd uitspreekt. Zoals een Nederlander in het Engels doet. Dat moet je niet willen.” Hij vindt dat Friezen voet bij stuk moeten houden omdat ze wettelijk het recht hebben om in hun eigen taal te spreken. „En dat geldt niet alleen voor het Fries, maar voor alle talen."