Afgelopen dinsdagmiddag trad de heer Fedde Dijkstra, een van de drie C1-tolken Fries, (voorlopig?) voor het laatst op ter terechtzitting. Dijkstra was aanwezig bij de behandeling van het hoger beroep van een cliënt van advocaat Tjalling van der Goot. De leden van het hof en de vertegenwoordiger van het OM waren onvoldoende in staat de Friese taal te verstaan. Door de aanwezigheid van de tolk kon de verdachte – zoals hij graag wilde - in het Fries verklaren. Dijkstra stopt er mee omdat de vergoedingen voor het werk veel te laag zijn. De twee andere C1-tolken hebben zich solidair verklaard en hebben laten weten eveneens niet meer ter zitting te zullen tolken.
Van der Goot wijdde enkele opmerkingen hieraan in berichten op sociale media. Hij noemde het “triest” en “zorgelijk” dat er 70 jaar na Kneppelfreed geen Friese tolken meer beschikbaar zijn. Op vrijdag 16 november 1951 - ‘Kneppelfreed’ – ontstond een oproer na afloop van een strafzitting waarin journalisten terecht moesten staan omdat ze zich kritisch hadden uitgelaten over een rechter die tijdens een eerdere zitting stelde dat hij het Fries niet verstond. Nadien is in de wet verankerd dat ter zitting van de rechtbank of het gerechtshof in Leeuwarden gebruik kan worden gemaakt van de Friese taal. Raadsman Van der Goot heeft begrip voor de actie van de tolken.
Volgens Van der Goot is het erg belangrijk dat verdachten kunnen verklaren in de taal die het dichtstbij hen staat. De verdachte is de meest kwetsbare persoon in de zittingszaal. Het is in het belang van de verdachte maar ook in het belang van een zorgvuldige rechtspleging dat een verdachte vrij verklaart, niet naar woorden hoeft te zoeken en kan spreken in de taal die hij het gemakkelijkst beheerst. Volgens Van der Goot is de ideale situatie dat rechters in Leeuwarden geacht worden minimaal passief de Friese taal de beheersen; tolken zijn dan namelijk niet meer nodig. De praktijk thans is echter dat diverse rechters het Fries niet of onvoldoende beheersen. Het is belangrijk dat in die gevallen een gekwalificeerde (C1) tolk beschikbaar is om de verklaring van de verdachte in het Nederlands voor alle professionele procesdeelnemers te vertalen.
Omdat vanwege financiële redenen de Friese tolken niet meer zullen optreden, betekent dit dat Friestalige verdachten ter zitting mogelijk geen gebruik meer kunnen maken van hun recht om Fries te spreken. Indien een rechter, officier van justitie of griffier het Fries niet machtig is, zal wellicht aan de verdachte worden gevraagd toch in het Nederlands te verklaren. Dat is niet alleen een inbreuk op een recht, het is ook een vraag die niet aan een verdachte zou moeten worden gesteld. De verdachte is immers kwetsbaar; hij wordt verdacht van een strafbaar feit en is voor het oordeel afhankelijk van de rechter. De verdachte heeft snel de idee dat hij ‘niet moeilijk’ wil doen en wellicht dwarsligt als hij vasthoudt aan zijn recht om Fries te spreken. Het om deze reden doen van afstand van het recht om Fries te spreken, maakt de wettelijke mogelijkheden na Kneppelfreed illusoir. Een andere mogelijkheid bij het ontbreken van tolken is dat de behandeling van de zaak wordt uitgesteld om (passief) Friestalige rechters op de zaak te zetten. Uitstel is in niemands belang.
Volgens Van der Goot is de actie van de Friese tolken ook een moment voor de besturen van de rechtbank Noord-Nederland en het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden om kritisch naar de eigen organisatie te kijken. Waarom wordt geen harde eis gesteld dat rechters en griffiers die ter zitting in Leeuwarden optreden passief het Fries beheersen? Dat geldt ook voor vertegenwoordigers van het OM. Zolang door de professionals het Fries onvoldoende wordt beheerst en tolken noodzakelijk zijn, zal het OM de vergoedingen voor tolken moeten verhogen om problemen te voorkomen.
Heden verscheen een artikel in de Leeuwarder Courant met een interview met tolk Dijkstra. Een citaat: “De Volkskrant, het Algemeen Dagblad, Omrop Fryslân, het Friesch Dagblad, gedeputeerde Sietske Poepjes. Allemaal willen ze met Dijkstra praten. „Net te leauwen wat der allegear bart.’ De aandacht is te danken aan advocaat Tjalling van der Goot. Hij verspreidde dinsdag via sociale media het bericht dat hij die dag bij het gerechtshof de laatste zitting met Dijkstra als tolk Fries had bijgewoond. Omdat Dijkstra er was, kon de cliënt van de raadsman - een ex-penningmeester van de supportersclub van sc Cambuur - gewoon in het Fries zijn woordje doen. Maar dat recht lijkt niet langer vanzelfsprekend. (…)Een nieuwe wettelijke regeling maakt het volgens Dijkstra sinds 1 januari mogelijk voor tolken om over hun uurtarieven te onderhandelen. Dat wordt door de Orde van Registertolken en Vertalers, met vijfhonderd leden, ook gestimuleerd. Maar volgens Dijkstra weigeren politie en Openbaar Ministerie daarin mee te gaan en blijven zij vasthouden aan het door de tolken gehekelde minimumtarief. (…) Twee nieuwe Friese- C1-tolken die volgens Dijkstra in de startblokken staan, willen ook niet meer opdraven voor strafrechtzittingen in de regio. „Zeventig jaar na Kneppelfreed is er dus geen beëdigd C1-tolk Fries meer", concludeerde advocaat Van der Goot. „Zorgelijk."