In de Leeuwarder Courant van heden stelt advocaat Tjalling van der Goot dat de invoering van een mogelijke avondklok een wettelijke basis kent. Om die reden verwacht hij niet dat rechters de rechtmatigheid van de avondklok kunnen toetsen. Van der Goot heeft zich vanaf het begin van de coronacrisis kritisch uitgelaten over de rechtmatigheid van de noodverordeningen. Deze zijn op onderdelen strijdig met grondrechten, zoals het recht op privacy en het recht op vergadering. De rechter mag – anders dan bij een wet - toetsen of een lagere regeling in strijd komt het een hogere regeling. Nu de avondklok een wettelijke basis kent, is toetsing door de rechter niet voor de hand liggend.
Hoe is de avondklok nu geregeld? De inperking van het openbare leven kan onder meer plaatsvinden als de noodtoestand wordt afgekondigd. Het kabinet heeft laten weten dat er geen sprake zal zijn van een noodtoestand. Ook van de mogelijkheid voor een burgemeester om op grond van de Tijdelijke Wet maatregelen Covid-19 maatregelen te treffen voor openbare plaatsen wordt geen gebruik gemaakt. De (mogelijke) invoering van de avondklok zal gebaseerd zijn op de Wet buitengewone bevoegdheden burgerlijk gezag. In artikel 8 van die wet is geregeld dat de minister bevoegd is het vertoeven in de openbare lucht te beperken. Deze bevoegdheid treedt in werking bij een koninklijk besluit.
De regering heeft dus van de wetgever vrij spel gekregen om de avondklok in te voeren. Voorwaarde is wel dat sprake moet zijn van buitengewone omstandigheden. De Tweede Kamer dient na de invoering het besluit te toetsen. In de huidige situatie heeft het kabinet er voor gekozen om de Tweede Kamer op voorhand om een fiat te vragen.
Overtreders van de avondklok maken zich schuldig aan een strafbaar feit. Indien een verdachte van mening is dat een overtreden regeling disproportioneel of in strijd met de Grondwet is, kan hij bij de rechter verweer voeren. De Grondwet regelt echter dat de rechter – anders dan bij lagere regelgeving - wetten niet mag toetsen aan de Grondwet of aan Verdragen. Nu de bevoegdheid om een avondklok in te voeren in een wet is opgenomen, zullen principiële overtreders van de avondklok bij een rechter naar verwachting weinig kans maken. De rechter wordt geacht de wet ‘gewoon’ toe te passen.
Overtreding van de avondklok wordt volgens de wet bedreigd met een maximumstraf van zes maanden hechtenis of een maximum geldboete van € 8.700,-. Het kabinet heeft besloten dat overtreding worden bestraft met een geldboete van € 95,-.