De rechtbank in Zwolle heeft vandaag bouwbedrijf Van Wijnen Groningen bv veroordeeld tot een geldboete van € 40.000,-. Door de Inspectie is een onderzoek binnen het bedrijf ingesteld na een dodelijk bedrijfsongeval in april 2017. Tijdens de bouw van appartementen in de stad Groningen is een wand omver gevallen. Achter die wand liep op dat moment de 21-jarige leerling-medewerker Haiko Steenhuis. Hij is door het incident overleden.
De bv werd vervolgd wegens overtreding van de Arbeidsomstandighedenwet. Dat betekent dat door de rechtbank geen causaal verband is vastgesteld tussen mogelijk nalaten binnen het werkproces van Van Wijnen Groningen enerzijds en het overlijden anderzijds. Ook is geen sprake van schuld aan het ongeval. De rechtbank heeft geoordeeld dat ten tijde van het ongeval – kort gezegd – onjuiste ankers zijn gebruikt waarmee de wand tijdelijk aan vloer is vastgezet, dat er onvoldoende toezicht op het schoren en stellen van de wanden is uitgeoefend en dat onvoldoende instructie en voorlichting is gegeven omtrent de gevaren van het omvallen van een te plaatsen wand. Als gevolg hiervan had de bv moeten vermoeden dat een potentieel gevaarlijke werksituatie kon ontstaan.
Klik hier voor het volledige vonnis.
Door het openbaar ministerie was geëist cliënte te veroordelen tot een geldboete van € 145.000,- waarvan € 25.000,- voorwaardelijk met een proeftijd van vijf jaren. Daarnaast werd publicatie van het vonnis gevraagd. De rechtbank oordeelt echter anders. Naar het oordeel van de rechtbank is geen sprake van opzet, ook niet van een bewuste aanvaarding van aanmerkelijke risico’s. Om die reden is geen sprake van een misdrijf maar van een overtreding, een aanmerkelijk lichter verwijt. Bovendien wijst de rechtbank in het vonnis op nadien door de bv genomen aanvullende veiligheidsmaatregelen die maken dat er geen reden is te vrezen voor herhaling. Een voorwaardelijke straf is om die reden onnodig.
De termijn om hoger beroep in te stellen is veertien dagen. Raadsman Tjalling van der Goot zal binnenkort met vertegenwoordigers van de bv overleggen of van deze wettelijke mogelijkheid gebruik wordt gemaakt.
Door Van Wijnen Groningen is een verklaring opgesteld na het vonnis. Hieronder volgt de tekst:
“Vooropgesteld, wij willen nogmaals benadrukken dat deze kwestie alleen maar verliezers kent. Familie en vrienden van Haiko Steenhuis hebben een dierbare verloren en de collega’s van Van Wijnen verloren een geweldige collega. Deze tragische gebeurtenis heeft diepe sporen achtergelaten bij onze mensen.
De bewezenverklaring van de rechter heeft ons verrast. Uit het onderzoek van de Inspectie blijkt namelijk dat de ankers in de vloer abusievelijk niet zijn aangedraaid. Uit het onafhankelijk onderzoek dat wij door een externe partij hebben laten uitvoeren blijkt dat de gebruikte ankers de krachten konden dragen en dat het gestorte beton voldoende was uitgehard. Onderzoek vlak na het ongeval heeft op onderdelen aangetoond dat wij de veiligheid zouden kunnen verhogen. Hierop hebben wij direct aanvullende maatregelen breed in onze organisatie toegepast. De rechtbank heeft toegelicht dat het externe onderzoek kennis achteraf betreft, waarop wij ten tijde van het ongeval niet hadden mogen vertrouwen.
De rechtbank ons heeft vrijgesproken van opzet en heeft niet bewezen geacht dat wij bewust aanmerkelijke risico’s hebben aanvaard. Het bewezen verklaarde feit is een overtreding en geen misdrijf, waardoor een aanzienlijk lagere geldboete is opgelegd.
In de strafmaatoverweging is rekening gehouden met de door ons genomen extra maatregelen ter voorkoming van ongevallen in de toekomst. Dit bevestigt dat de aanvullende veiligheidsmaatregelen die wij de afgelopen jaren hebben genomen ook door de rechtbank worden gewaardeerd.
Tot slot hechten wij er aan om te benadrukken dat wij verantwoordelijk zijn en blijven voor alles wat er binnen onze processen gebeurt en voor de mensen die bij ons werken.”