Het openbaar ministerie heeft vandaag ter ziting in hoger beroep ten overstaan van het gerechtshof in Leeuwarden zeven jaren gevangenisstraf en tbs met dwangverpleging geëist in de zogeheten ‘wurgmoord’-zaak Emmen. Volgens het OM is te bewijzen dat de 51-jarige Bieuwke O. in januari dit jaar haar echtgenoot heeft gewurgd en daarna een poging heeft gedaan haar 17-jarige dochter te wurgen. In de visie van de adevocaat-generaal is sprake van doodslag en een poging tot moord. De rechtbank in Assen veroordeelde onze cliënte in september jl. wegens doodslag en poging tot doodslag tot een gevangenisstraf van zes jaren en tbs met dwangverpleging.
Raadsman Tjalling van der Goot voerde aan dat de doodsoorzaak onduidelijk blijft. Volgens de deskundigen is het namelijk ook mogelijk dat de echtgenoot reeds was overleden als gevolg van een alcoholvergiftiging. Dat zou betekenen dat cliënte voor de dood van haar man niet strafrechtelijk verantwoordelijk kan worden gesteld.
Daarnaast is volgens de verdediging het opleggen van de tbs-maatregel dicutabel. Tbs kan slechts worden opgelegd indien er een ernstig gevaar is dat de verdachte opnieuw een ernstig geweldsdelict zal plegen. De door de rechtbank bewezen verklaarde feiten zijn in de visie van de verdediging zozeer ingekleurd door een samenstel van factoren, waaronder een uiterst specifieke gezinssitutatie, dat niet valt te verwachten dat cliënte wederom in soortgelijke persoonlijke omstandigheden komt te verkeren en strafbare feiten zal plegen. De raadsman bepleitte – indien de rechtbank de feiten bewezen acht – een gevangenisstraf op te leggen van zes jaren. Daarbij is van belang dat de gedragsdeskundigen cliënte sterk verminderd toerekeningsvatbaar achten, de op een na lichtste vorm van verwijtbaarheid.
Indien echter volgens het hof wel tbs zou kunnen worden opgelegd, is bepleit om tbs met voorwaarden op te leggen en geen dwangverpleging.Tbs met dwangverpleging is een uiterst middel en moet alleen worden toegepast als geen redelijke alternatieven aanwezig zijn. Naar de mening van de verdediging in behandeling ook op een andere verantwoorde wijze dan binnen een tbs met dwangverpleging mogelijk. Zo wordt door de deskundigen geadviseerd om de behandeling in een Forensisch Psychiatrische kliniek en niet in een tbs-kliniek te laten plaatsvinden.
Het gerechtshof doet op woensdag 23 december a.s. om 13.30 uur uitspraak.