De rechtbank in Almelo zal de zaak behandelen in de zaak over het fatale ongeval in de mestsilo in Makkinga in 2013. Althans als het aan het OM ligt. Medewerkers van de rechtbanklocatie in Almelo zijn bezig een regiezitting aan het einde van dit jaar te plannen. Op 19 juni 2013 zijn tijdens reinigingswerkzaamheden door werknemers van Heeres Mix & Pomptechniek BV te Abbega drie mannen overleden en is een vierde zwaargewond geraakt.
De verdediging is ontstemd over de voorgenomen zittingslocatie.
In het algemeen is het van belang dat rechters recht spreken in het gebied waarin het juridische probleem zich voordoet. Op deze wijze kan optimaal rekening worden gehouden met de gevoelens van alle betrokkenen.
Daar komt bij dat niet alleen het feit zich in Fryslân heeft afgespeeld, maar dat tevens alle betrokkenen (verdachte, raadsman, slachtoffer, nabestaanden) in deze zaak afkomstig zijn uit Fryslân. Al deze betrokkenen zullen voor het bijwonen van de zitting naar Almelo moeten afreizen. Dat is onwenselijk en niet efficiënt
Tot slot is het een Friese zaak waarbij de verdachte te kennen heeft gegeven zich het beste te uiten in de Friese taal en deze taal ter zitting ook te zullen gebruiken. Het wettelijk verankerde recht om ter zitting Fries te spreken geldt echter slechts voor de zittingslocaties in de rechtbank Noord-Nederland en het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. In de rechtbank Overijssel (in dit geval locatie Almelo) heeft cliënt geen recht gebruik te maken van de Friese taal. Niet uit te sluiten valt dat ook slachtoffer en/of nabestaanden Fries willen spreken indien zij een mondelinge toelichting willen geven. Het in de wet vastgelegde recht wordt met deze ongelukkig gekozen zittingslocatie omzeild.
Overigens worden rechters in de rechtbank Overijssel ook niet geacht – actief of passief - het Fries te beheersen, in tegenstelling tot rechters in de rechtbank Noord-Nederland.
Het is van belang dat de verdachte zich kan bedienen van de taal die hij het beste spreekt. Dat is van het grootste belang voor een goede en doelmatige rechtspleging.
In de wet is nog een bepaling opgenomen dat een tolk kan worden ingeschakeld indien buiten de in de wet genoemde zittingslocaties gebruik wenst te worden gemaakt van de Friese taal. De tolk wordt in zo’n geval ingeschakeld ten behoeve van de rechters. De wet stelt echter als voorwaarde dat vastgesteld moet worden dat de verdachte zich onvoldoende in het Nederlands kan uitdrukken. Cliënt spreekt echter wel Nederlands maar geeft er de voorkeur aan om in een emotionele zaak als deze Fries te spreken. In het Fries hoeft cliënt zijn woorden niet eerst te vertalen voordat hij deze uitspreekt. Er is dan dus geen recht op een tolk. Bovendien is de verdediging van mening dat bij de vertaling van het Fries naar het Nederlands de essentie en de emotie van het gesproken woord verloren kan gaan. Dat is niet in het belang van onze cliënt. Het strafproces wordt ook nog eens behoorlijk vertraagd.
Raadsman Tjalling van der Goot heeft inmiddels de officier van justitie verzocht om de zaak niet in Almelo maar bij de rechtbank Noord-Nederland aan te brengen. Deze rechtbank is samen met de rechtbank Overijssel bevoegd om deze kwestie te behandelen.