Gisteren hebben beide bewindspersonen van Veiligheid en Justitie, de heren Opstelten en Teeven, hun ontslag aangeboden aan de Koning. Wat vinden wij daar van?
Het was en is een zwarte dag voor de beide betrokkenen. Voor de democratische rechtstaat Nederland zijn de tinten naar onze mening wat lichter.
Denkend aan de bewindslieden Opstelten en Teeven zien wij:
- Twee personen die veel meer opereerden als politici dan als juristen.
- Keiharde bezuinigingen op het gebied van het gevangeniswezen en tbs (sluiting van diverse inrichtingen). De historie laat echter meerdere golfbewegingen zien qua bezettingsgraad van gedetineerden in PI’s en klinieken. In de toekomst zullen weer inrichtingen nodig zijn. Snoeien is dus korte termijnpolitiek.
- Een zeer rigide standpunt op het gebied van levenslang. In Nederland daadwerkelijk een leven lang. Geen gratie meer na 1986, alleen voor terminaal zieke levenslangen. Vaste jurisprudentie van het Europese Hof wordt genegeerd.
- Opnieuw aangescherpte tbs-regels, met name op het gebied van verloven. Iets te laat terug van verlof betekent een jaar binnen blijven. Geen nuance. Intussen is de gemiddelde duur van de maatregel tbs in de afgelopen jaren gestegen tot ongeveer 10 jaren. De tbs is niet ‘aantrekkelijk’ meer voor verdachten en rechters.
- Het beginsel dat een verdachte pas schuldig is nadat hij door de strafrechter onherroepelijk is veroordeeld, al jaren onder zware druk staan. In diverse wetten worden verdachten die door de rechtbank zijn veroordeeld en vervolgens in beroep gaan reeds behandeld en beoordeeld als daders c.q. veroordeelden. Waar is de presumptie van onschuld?
- Zware bezuinigingen op het gebied van de gefinancierde rechtshulp die ertoe leiden dat de minst vermogenden de dupe worden. De toegang tot de (straf)rechter en het recht op rechtsbijstand is in gevaar.
- Afkalving van de rechtspositie van de gedetineerde in Nederland via diverse wetten, besluiten en maatregelen. Dikwijls verblijven gedetineerden 20 of meer uren per dag op de cel. Uiteindelijk zal de samenleving, die juist baat heeft bij een geleidelijke en goed voorbereide terugkeer in de maatschappij, de rekening hiervan gepresenteerd krijgen.
- Veel accent op termen als ‘repressie’ en ‘vergelding’. De menselijke maat is gaandeweg verdwenen. Resocialisatie is inmiddels een besmette term geworden.
- Wantrouwen van de bewindslieden in het functioneren van de strafrechter in Nederland. Diverse wetten getuigen daarvan, bijvoorbeeld op het gebied van de taakstraffen (Wet beperking taakstraffen) en de tbs (slechts einde tbs na minimaal een jaar voorwaardelijke beëindiging). Op deze wijze wordt de rechterlijke vrijheid beknot, de rechter wordt deels vleugellam en kan niet altijd maatwerk leveren. Het functioneren van de strafrechter wordt hierdoor in de kern geraakt.
- Een steeds sterker wordende rechtspositie voor slachtoffers en nabestaanden, waardoor de balans in het strafproces al tijden is verstoord.
- Een OM dat in 2013 bijna 50% van alle strafzaken zelfstandig afdeed via een transactie of strafbeschikking, geheel buiten de rechter om. Opnieuw snelheid en fermheid boven rechtsbescherming en nuance.
GEZOCHT: twee ervaren juristen die oog hebben voor de rechtsbescherming van verdachten en veroordeelden, bevorderen dat de symbolische weegschaal van Vrouwe Justitia in balans komt en blijft, bevorderen dat de rechter weer - zonder wettelijke beperkingen - maatwerk kan leveren en ten slotte er voor zorgen dat de menselijke maat weer terugkeert in het strafrecht!
Wim Anker
Tjalling van der Goot