Patrick S. stelt geen cassatie in tegen de uitspraak van het gerechtshof in Den Haag in zijn zaak. Dat betekent dat de uitspraak onherroepelijk is. De verdediging gaat er daarbij vanuit dat door het OM geen beroep in cassatie wordt ingesteld.
Volgens het hof is onze cliënt schuldig aan – onder meer – gekwalificeerde doodslag op Nanda Kerklaan in januari 2010, op Farida Zargar in augustus 2010 en poging tot gekwalificeerde doodslag op een Poolse man in oktober 2011. Onze cliënt is in hoger beroep veroordeeld tot 25 jaar gevangenisstraf en tbs. In eerste aanleg werd cliënt veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf. Cliënt is tevreden met het feit dat het gerechtshof hem met deze straf perspectief biedt om te zijner tijd terug te keren in de samenleving.
Cliënt kan zich ook vinden in het door zijn raadslieden verzochte advies van het hof om hem eerder dan na ommekomst van twee derde van de straf te plaatsen in een tbs-kliniek. Het hof adviseert om cliënt reeds na de helft van de gevangenisstraf te behandelen in het kader van de opgelegde tbs-maatregel. Dat levert cliënt een behandelwinst op van enkele jaren.
Cliënt heeft eerder laten weten dat hij zich niet kon vinden in het feit dat hij is veroordeeld voor het om het leven brengen van Nanda Kerklaan. Volgens cliënt is niet hij maar medeverdachte Tim S. daarvoor verantwoordelijk. Bovendien is cliënt het oneens met het feit dat het hof gekwalificeerde doodslag in plaats van doodslag bewezen heeft verklaard in de zaak Farida Zargar. Cliënt heeft sterk overwogen om deze bezwaren in cassatie aan de Hoge Raad voor te leggen. De nadelen van een cassatieprocedure wegen volgens hem echter niet op tegen de mogelijke voordelen. Cliënt heeft bij deze afweging ook de belasting voor de nabestaanden van Nanda Kerklaan betrokken.
Cliënt is vanaf oktober 2011 gedetineerd. Met het advies van het gerechtshof zou cliënt in het voorjaar van 2024 in een kliniek geplaatst kunnen worden.