Op zondag 24 maart jl. is door Omrop Fryslân de maandelijkse (Friestalige) gesproken column van mr. Tjalling van der Goot op de radio uitgezonden.
Hieronder volgt de Nederlandse vertaling.
"Iedereen moet zich aan de wet houden. Degene die dat niet doet, riskeert contact met justitie. Dit is een gouden regel om chaos in dit land te voorkomen. Deze gouden regel lijkt sinds kort echter niet meer voor de politie zelf te gelden. Dat is een kwalijke en tegelijk zorgelijke ontwikkeling. Niet alleen voor een verdachte in een strafzaak, maar voor de hele rechtstaat.
Ik zal dit uitleggen.
Al jaren wordt door politieagenten gezocht in woningen van verdachten naar illegaal spul. Denk daarbij bijvoorbeeld aan drugs. Indien de bewoner van het huis aan de politie geen toestemming heeft gegeven, mag de politie alleen onder strikte voorwaarden de woning doorzoeken. Logisch, want in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en in de Grondwet is vastgelegd dat niemand zomaar het huis van een ander mag betreden. Dit zogenoemde huisrecht is dus een fundamenteel recht waar buitengewoon behoedzaam mee moet worden omgesprongen. Kort gezegd komt het erop neer dat de politie enkel en alleen een huis mag betreden zonder toestemming van de bewoner als daarvoor een machtiging is gegeven door een hogere politieambtenaar. Die laatste ambtenaar is meestal een hulpofficier van justitie.
De praktijk is echter dat ook politieagenten - bewust of onbewust - fouten maken. Zo gaat de politie wel woningen binnen, terwijl er nog geen gerede verdenking is dat in de woning bijvoorbeeld drugs of wapens liggen. Ook komt het voor dat de politie zonder machtiging van een hogere ambtenaar de woning al is binnengegaan. Dat is dus in strijd met de wet. Tot voor kort werden dergelijke fouten van de politie in een strafzaak door de rechter afgestraft. Indien de politie in strijd met de wet een woning was binnengegaan, dan kon het bewijs dat door die onrechtmatige actie van de politie was vergaard niet als bewijs in de strafzaak worden gebruikt. Het bewijs was immers illegaal gevonden.
Deze bewijsuitsluiting kon leiden tot een vrijspraak. Zo is in het voorbeeld van het verboden wapen dit wapen cruciaal voor het bewijs. Indien het wapen wordt weggedacht omdat dit in strijd met de wettelijke regels is gevonden, is er geen ander bewijs meer dat de verdachte een verboden wapen in zijn huis voorhanden had.
Is dat rechtvaardig?
Natuurlijk voelt dat voor de verdachte in zo'n concreet geval wel rechtvaardig. Maar dat is het wat mij betreft ook voor de hele samenleving. Want in dat individuele geval wordt de verdachte wellicht vrijgesproken, maar de politie zal zich wel tien maal bedenken om nogmaals zo’n flater te slaan. De politieman of –vrouw zal zich voortaan wel aan de wet houden. Er gaat dus een preventieve werking vanuit. En dat is goed voor een rechtstaat.
Maar het lijkt erop dat de hoogste rechter in ons land de Hoge Raad, de bakens heeft verzet. De Hoge Raad ziet steeds meer fouten van de politie door de vingers. In een paar beslissingen de afgelopen weken oordeelt de Hoge Raad dat indien de politie de wet negeert, dit vrijwel nooit meer betekent dat het illegaal gevonden materiaal niet meer voor het bewijs mag worden gebruikt. Een radicale ommekeer. Een ommekeer die in mijn ogen de fundamenten van een rechtstaat aantast.
In één geval had de politie in strijd met de wet een vingerafdruk van de verdachte, nadat deze verdachte was vrijgesproken, niet uit de databank gehaald. Jaren later wordt deze verdachte aangehouden omdat zijn vingerafdruk bij een inbraak ‘matcht’ met de oude vingerafdruk in de databank. Maar die oude afdruk had op basis van de wet helemaal niet meer in die databank mogen zitten. Mag dat? Nee, de wet zegt dat het niet mag, maar volgens de Hoge Raad heeft het geen consequenties voor het bewijs.
Het andere geval betrof een kwestie waarin de machtiging dat de politie de woning van de verdachte mocht binnengaan was gegeven door een hulpofficier die niet gecertificeerd was. Dat staat gelijk aan het hebben van geen machtiging. En zonder machtiging mocht de politie de woning niet betreden. De drugs die in de woning waren gevonden, mochten daarentegen volgens de Hoge Raad wel gewoon voor het bewijs worden gebruikt.
Als ik politieagent zou zijn, zou ik denken: het maakt niet zoveel uit wat ik doe. De wet is blijkbaar niet voor mij geschreven, want ook al houd ik mij niet aan de wet, wat ik in strijd met de wet doe en vind, mag desondanks gewoon in de strafzaak voor het bewijs worden gebruikt.
Is het niet ook een fundament van onze maatschappij dat er geen premie op illegaal handelen wordt gezet? Net dat is het geval, nu de Hoge Raad op onrechtmatig en illegaal handelen van politieagenten geen sanctie meer zet.
De wet is er voor iedereen, met uitzondering van de politie. Zorgelijk, kwalijk en onrechtvaardig. Ik hoop dat de rechters in ons land gauw inzien dat een vrijstaat voor de politie niet in het belang van een rechtstaat is."