In het radioprogramma ‘Schuld & Boete’ van de VPRO op Radio 1 op 27 augustus jl. heeft mr. Wim Anker de problematiek rond het Alcoholslotprogramma (ASP) aangekaart. De advocaat neemt met regelmaat deel aan het discussiepanel in het radioprogramma. Beluister hier de uitzending.
De wetgeving hieromtrent heeft grote en vaak onrechtvaardige consequenties voor de bestuurders van motorvoertuigen.
Als het bloedalcoholgehalte 1,3 promille of hoger is (ademalcoholgehalte 570 of hoger), dan besluit het CBR tot deelname aan het ASP. Dit betekent dat er een alcoholslot in de personenauto wordt geïnstalleerd. Als de betrokken persoon alcohol gedronken heeft, start de motor niet.
Het programma duurt in elk geval twee jaren, doch kan ook worden verlengd.
In de praktijk zien wij een aantal knelpunten:
1. Alle kosten rond het ASP moeten door de verdachte zelf worden voldaan. Inmiddels is berekend dat het gaat om ongeveer € 4.500,--. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om de kosten van installatie van het alcoholslot en kosten voor de begeleiding middels het CBR. Dit systeem is discriminerend en onrechtvaardig. Veel cliënten van ons kantoor kunnen dit bedrag niet betalen. De meer vermogende verdachten kunnen dat wel.
2. Als de verdachte besluit niet deel te nemen aan het ASP, dan wordt het rijbewijs voor vijf jaren ongeldig verklaard!
3. Cruciaal is dat het CBR beslist zonder afweging van belangen. De regeling valt onder het bestuursrecht. Het is dus niet een rechter die belangen afweegt.
4. Verplichte deelname aan het ASP geldt ook voor first offenders. Het is dus niet alleen bedoeld voor notoire gebruikers van alcohol in het verkeer.
5. Als een verdachte met alcohol op een bromfiets wordt aangehouden, dan wordt het alcoholslot ingebouwd in een personenauto. Dit kan ook de auto van de ouders van de verdachte zijn. Vervolgens mag de betrokkene wel weer op een bromfiets rijden, nota bene het voertuig waarmee het strafbare feit is gepleegd.
6. Als de verdachte vrachtwagenchauffeur is, dan kan het alcoholslot niet in die vrachtauto worden ingebouwd. Dit kan alleen in personenauto’s of daarop gelijkende voertuigen van de werkgever. Wij hebben in de praktijk gezien dat meerdere verdachten direct zijn ontslagen. Taxichauffeurs en vertegenwoordigers kunnen aldus hun werk wel behouden, truckers niet.
Er wordt een minder rigide en meer genuanceerde wetgeving bepleit.