Geen voorwaardelijke werkstraf zoals geëist, maar een vrijspraak. Die uitkomst zou in de visie van raadsman Hans Anker moeten volgen in de strafzaak tegen een 41-jarige politieagente. Zij werd vervolgd wegens poging doodslag/zwaar lichamelijk letsel. Op 8 april 2017 schoot zij in Groningen viermaal op een scooter waarop een verdachte reed. De tegen cliënte aanhangig gemaakte strafzaak werd door de rechtbank in Groningen op 1 oktober jl. behandeld.
Volgens de verdediging is geen sprake van opzet op de dood of zwaar letsel. De agente had informatie gekregen waaruit zij afleidde dat de bestuurder van de scooter twee wapens op zak had. Hij zou die wapens uit de woning hebben meegenomen. De bestuurder zou bovendien hebben gedreigd zijn familie dood te schieten. Door de meldkamer is medegedeeld dat de persoon vuurwapengevaarlijk was en gewelddadig kon zijn. De scooterrijder voldeed aan het signalement. De agente en een collega besloten de achtervolging in te zetten. Zij stopten hun auto bij een kruising. Cliënte stapte uit en de scooter kwam met hoge snelheid op haar af. Zij wilde hem aanhouden en gaf een waarschuwing. De scooterrijder trok echter op. Cliënte heeft vervolgens geschoten. Zij richtte op de banden, in ieder geval laag op de scooter.
De scooter werd geraakt, de bestuurder bleef ongedeerd. De scooterrijder bleek later onschuldig te zijn. Hij deed later aangifte tegen de agente.
Volgens Anker was er voldoende aanleiding om te schieten. Zo waren de wapens van de man nog niet gevonden op het moment van het incident. Daarnaast had de moeder tegen de politie gezegd dat haar zoon een vuurwapen kon gebruiken als hij boos is. Volgens de raadsman was juist een schouderklopje in plaats van een dagvaarding op zijn plaats.
Indien door de rechtbank wel opzet wordt aangenomen, heeft de verdediging een beroep gedaan op diverse strafuitsluitingsgronden. Zo handelde de agente ter uitvoering van een wettelijk voorschrift en was op het moment dat de scooter op haar af kwam rijden sprake van een noodweersituatie. Indien de rechtbank een van deze strafuitsluitingsgronden aanneemt, staat dit een veroordeling in de weg.
De rechtbank doet op 15 oktober a.s. om 13.00 uur uitspraak.
