Het openbaar ministerie heeft zijn recht verspeeld om de 41-jarige eigenaar en de 46-jarige bedrijfsleider van Urban Garden Center te Leeuwarden te vervolgen. Door inbeslagneming van de handelsvoorraad en directe vernietiging van alle spullen zijn de rechten van de verdediging op een eerlijk proces in aanzienlijke mate geschonden. Dat stelde raadsman Tjalling van der Goot vandaag in de rechtbank in Leeuwarden.
Cliënten wordt verweten in mei 2015 voorraad in de winkel te hebben gehad terwijl zij wisten of ernstige reden hadden te vermoeden dat deze bestemd was voor de bedrijfsmatige hennepteelt. Sinds 1 maart 2015 is dit strafbaar. Politie en justitie hebben tijdens een landelijke actiedag een groot deel van de handelsvoorraad in beslag genomen en diezelfde dag vernietigd. Het ging daarbij onder meer om pompen, slangen, filters, assimilatielampen enz. Door deze vernietiging was er vanaf dat moment geen mogelijkheid meer voor de verdediging om van de rechter een oordeel te krijgen over de rechtmatigheid van het beslag. Er kon geen bevel tot teruggave van de rechter worden gevraagd. Door deze bliksemvernietiging door het OM zijn de rechten van de verdachten gefrustreerd. Bovendien zijn voorwerpen vernietigd die van belang zijn voor de waarheidsvinding.
Het OM achtte bewezen dat cliënten ernstige reden hadden om te vermoeden dat de spullen bestemd waren voor de professionele hennepteelt. De officier van justitie eiste een werkstraf van 150 uren.
Van der Goot bepleitte, voor het geval de rechtbank het OM wel ontvankelijk zou verklaren, vrijspraak. De onderneming richtte zich met name op stadstuinieren en de teelt van groenten, bloemen en fruit. Het kan niet worden uitgesloten dat ook kwekers van hennep attributen inkopen. Deze kwekers waren echter niet als zodanig bekend. De bedrijfsvoering binnen het bedrijf was er op gericht dat alleen op kleine schaal voorwerpen werden verkocht. Om die reden stelde de verdediging dat cliënten niet wisten of ernstige reden hadden om te vermoeden dat de voorraad bestemd was voor de professionele hennepteelt.
De raadsman vroeg de rechtbank een last tot teruggave van de in beslag genomen goederen te geven. Hoewel de goederen reeds zijn vernietigd, biedt de wet in dat geval de mogelijkheid de waarde van deze goederen vergoed te krijgen. De waarde wordt geschat op ca. € 100.000,-. Als gevolg van de inval en het beslag op de voorraad zijn de activiteiten binnen het bedrijf inmiddels noodgedwongen beëindigd.
De rechtbank doet uitspraak op dinsdag 14 februari a.s. om 13.00 uur.