Advocaat Wim Anker is columnist voor het tijdschrift Middelpunt. Dit blad verschijnt maandelijks huis aan huis in Midden Fryslân. Onderstaande column is in het blad gepubliceerd.
"Soms wordt ondergetekende gevraagd om te pleiten in een strafzaak in Vlaanderen. Gelet op de taal is dat zeer wel mogelijk, doch de kennis van het procesrecht aldaar is vanzelfsprekend onvoldoende. Om dat probleem op te lossen wordt dan contact gezocht met een Belgische confrater en wordt de strafzaak behandeld in een coproductie. De Nederlandse advocaat kan dan de inhoudelijke kant bepleiten.
Zo geschiedde in het jaar 2011 in de rechtbank te Genk. Een 61-jarige agrariër uit een dorpje vlakbij Genk had contact met mij gezocht. Het ging om een zeer ernstig verkeerdelict. De verdachte was met zijn tractor ingereden op een groep van tien tourfietsers. De gevolgen waren desastreus: vier personen overleden en drie raakten zwaar gewond.
Het Openbaar Ministerie in Genk verweet cliënt dat hij de verse balen hooi te hoog had opgestapeld op de voorvork van zijn tractor. Daardoor was het zicht vrijwel geheel belemmerd. Cliënt stelde dat hij plotseling verblind was door de zon.
Met mijn collega mr. Jan Boksem ben ik allereerst naar de plaats delict gereden. Het is dikwijls van groot belang om de situatie ter plekke te schouwen. Daarnaast hebben diverse gesprekken plaatsgevonden met de cliënt in België en ook in Nederland. De belangrijkste verwijten waren: viermaal dood door schuld, driemaal zwaar lichamelijk letsel door schuld, en diverse lichtere verkeersovertredingen.
Het openbare proces vond plaats in de Politierechtbank van Tongeren, afdeling Genk, in de maanden juni en juli 2011. Wij verbleven die dagen in hotel ‘t Hert in de stad Genk. Buiten de grote gevoeligheid en de enorme ernst van de zaak viel nog een aantal andere punten op:
1. Deze afschuwelijke strafzaak werd behandeld door een Politierechtbank. In Nederland noemen wij dat de Politierechter. Er werd dus recht gesproken door één rechter. In Nederland is dat bij dergelijke zware feiten volstrekt ondenkbaar. Daar zit altijd een college van drie rechters, de zogenaamde Meervoudige Kamer.
2. Ik heb aldaar gepleit zonder toga. Dat was ook een primeur.
3. De sfeer was zeer informeel, de rechter had een groot empathisch vermogen en de uiteindelijke uitspraak was – naar Nederlandse maatstaven – uiterst mild.
Het vonnis werd uiteindelijk een voorwaardelijke gevangenisstraf van twaalf maanden met een proeftijd van een jaar, een geldboete van € 1.000,= en een rijontzegging van vier maanden.
In Nederland zou een aanzienlijke gevangenisstraf en een jarenlange rijontzegging voor de hand hebben gelegen!
Na de zitting was er nog een opvallend moment. De griffier kwam bij mij en vroeg of ik nog een gesprek wilde over de zaak met de betreffende rechter op diens kamer. Ik heb wel getwijfeld, doch kennelijk was dit in de Rechtbank Genk niet ongebruikelijk. Ik heb zeker een uur lang met deze rechter gesproken over o.a. de behandelde zaak, het strafklimaat in Nederland, de verschillen tussen de rechtssystemen in België en Nederland, de attitude van de advocaat in beide landen etc. Over de strafzaak zei hij letterlijk: “Dit is een dossier dat mij zeer bekropen heeft. De nabestaanden hebben levenslang maar uw cliënt ook”.
Tenslotte is markant dat ik nog steeds contact heb met cliënt en zijn echtgenote. Zo waren zij al eens op bezoek in mijn vakantiehotel in Slenaken (Zuid-Limburg) en sturen zij jaarlijks nog enige mails en brieven richting kantoor.
Conclusie: een afschuwelijke zaak, een bijzondere rechtsgang, een uiterst mild vonnis en een nog steeds voortdurend contact met de cliënt!"