Advocaat mr. Wim Anker is columnist voor het tijdschrift Middelpunt. Dit blad verschijnt maandelijks huis aan huis in Midden Fryslân.
In de aflevering van eind juni 2014 is onderstaande column gepubliceerd. Klik hier voor de volledige editie.
“Opgelicht, of toch niet?
Het is de dagelijkse praktijk: mensen kopen via internet concertkaartjes, bijzondere boeken, dvd’s, mobiele telefoons, computers, zonnepanelen, etc.
Helaas komt het regelmatig voor dat de koper wel betaalt, maar dat er vervolgens niet wordt geleverd. De koper in kwestie voelt zich dan opgelicht. Dat is heel begrijpelijk, maar strafrechtelijk ligt het een stuk genuanceerder.
Oplichting staat in art. 326 Sr. Kort gezegd is het strafbaar om iemand te bewegen tot afgifte van een goed door het aannemen van een valse naam, door listige kunstgrepen of door een samenweefsel van verdichtsels. De maximum straf is 4 jaar gevangenisstraf.
Heel vaak oordeelt de strafrechter echter dat er niet sprake is van een strafbaar feit, maar dat de benadeelde zich maar tot de civiele rechter moet wenden.
In een zaak voor de Rechtbank Haarlem ging het om 21 mogelijke slachtoffers van oplichting. De verdachte verkocht boeken via Marktplaats. Later bleek dat hij geen enkel boek in zijn bezit had en dus ook niet kon leveren. Hij was dat ook helemaal niet van plan. Toch spreekt de rechtbank de verdachte vrij van alle 21 zaken.
De rechtbank stelt onder meer: “Deze – civielrechtelijk als moedwillige wanprestatie te bestempelen – manier van handelen betekent echter in strafrechtelijke zin nog niet dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan oplichting zoals ten laste gelegd.”
Ook uit de wetsgeschiedenis met betrekking tot oplichting blijkt dat de bescherming van dit misdrijf maar beperkt is. Van deelnemers aan het handelsverkeer wordt immers gevergd dat zij zorgvuldigheid betrachten bij het aangaan van overeenkomsten. Zij moeten de daaraan verbonden risico’s in beginsel zelf aanvaarden.
Een waarschuwing derhalve voor velen.
Dit klemt temeer indien men via internet zaken doet met een onbekende tegenpartij en er vooraf (aan)betaald moet worden!
De alarmbellen moeten dan gaan rinkelen. Men moet niet eerst schieten en pas daarna de roos tekenen! Dat is niet een heel logische volgorde. Het is verstandig eerst enig onderzoek te doen naar bijvoorbeeld de persoon van de aanbieder en de aangeboden goederen.
De benadeelde rest in bovengenoemde gevallen alleen nog de weg naar de burgerlijke (civiele) rechter. Dit is echter vaak een lange weg die ook de nodige kosten met zich mee brengt. Bovendien is vaak onduidelijk of de verkoper een kale kip is of dat er hier en daar toch nog een aardig veertje te ontdekken is…
Onze wakkere Minister van Veiligheid en Justitie mr. Opstelten kondigde kortgeleden aan dat hij de wet wil aanpassen zodat internetoplichting beter strafrechtelijk aangepakt kan worden.
Een voordeel van de strafrechtelijke route is dat de benadeelden zich gemakkelijk kunnen voegen in het strafproces. Dat is een korte weg.
Tot die tijd moet u gewoon goed opletten, tot 10 tellen en niet al te enthousiast en impulsief reageren op curieuze en verleidelijke aanbiedingen!”