In 2021 vroegen twee eigenaren van een zorg- en recreatiebedrijf een zogeheten integriteitsbeoordeling aan. Op een van de vragen werd ingevuld dat er geen eerdere negatieve aanraking was geweest met politie of justitie. Volgens het OM was dit valsheid in geschrift omdat de man van onze cliënte enkele jaren daarvoor een strafbeschikking van het OM had gekregen vanwege het bezit van een balletjespistool. De gemeente deed aangifte. Deze week moest de politierechter in Leeuwarden een oordeel hierover vellen.
De man van onze cliënte moest tegelijk met zijn inmiddels ex-partner terecht staan. Hij stelde dat onze cliënte de handtekening onder het formulier had gezet. De rechter gaf ter zitting reeds aan hieraan sterk te twijfelen.
De vrouw was verhinderd. Ronald Knegt trad als gemachtigd raadsman ter zitting voor haar op. Hij stelde dat de vrouw had verklaard er op te hebben vertrouwd dat het formulier juist was ingevuld. Bovendien had de gemeente inmiddels een verklaring Omtrent Gedrag afgegeven
De officier van justitie eiste voor beiden 90 uren taakstraf.
Knegt stelde onder meer dat zijn cliënt, de vrouw, geen slechte intenties had gehad en dat het idee achter het formulier juist is: te voorkomen dat het openbaar bestuur bijdraagt aan criminele activiteiten. Daar is in dit geval geen sprake van volgens de raadsman: ,,Ik zie, met alle respect, een dame op leeftijd, die zich juist met hart en ziel inzet voor kwetsbaren in de samenleving.’’ Knegt bepleitte een schuldigverklaring zonder straf.
De politierechter achtte beide verdachten schuldig, maar hield sterk rekening met de persoonlijke omstandigheden. Hij legde (slechts) een voorwaardelijke taakstraf op met een proeftijd van twee jaar.
@LC