Op 16 januari jl. diende een principiële zaak ten overstaan van de rechtbank in Assen. Een 57-jarige vrachtwagenchauffeur moest zich verantwoorden omdat hem verweten werd schuld te hebben aan een ongeval waarbij hij niet direct betrokken was. De vraag is of onze cliënt schuld heeft als het ongeval is ontstaan door aanmerkelijke onvoorzichtigheid van een andere bestuurder.
Waar ging het om?
Op 15 juli 2022 zette onze cliënt zijn vrachtwagencombinatie om 15.00 uur stil uit solidariteit met de boeren. De belangenorganisatie Agractie had die dag opgeroepen om op dat tijdstip actie te voeren en om de wagens stop te zetten. Op zo’n halve kilometer achter de vrachtwagen stond het verkeer stil. In de staart van die file reed een bestuurder van een bestelbusje een motorrijder aan. Deze laatste is daardoor overleden.
Voor zover bekend is niet eerder een verdachte vervolgd voor schuld aan een ernstig ongeval indien het ongeval zelf direct door een ander is veroorzaakt. Niet eerder moest een verdachte terecht staan voor het veroorzaken van een file indien in die file een ernstig ongeval heeft plaatsgevonden.
Het openbaar ministerie verweet de bestuurder van het bestelbusje schuld aan het ongeval. Uit het onderzoek bleek dat de man slingerend reed, afwezig gedrag vertoonde en al 15 uur onderweg was. Het OM stelde voorts dat ook onze cliënt schuld had om dat hij verantwoordelijk was voor de file. In de visie van het OM had onze cliënt zich roekeloos gedragen. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van drie maanden en een rij-ontzegging van een jaar.
Raadsman Tjalling van der Goot bepleitte vrijspraak van schuld. Hoewel het bijzonder onverstandig was om de vrachtauto stil te laten uitrollen en stil te zetten op de snelweg in het kader van de demonstratie, is de cliënt niet rechtstreeks betrokken geweest bij het ongeval. Uit het onderzoek is gebleken dat cliënt de auto langzaam heeft laten uitrollen en alle zwaai- en alarmlichten heeft aangedaan. Het verkeer bij de vrachtwagen heeft geen gevaar gelopen. Dat blijkt ook uit het feit dat de weg 500 meter achter cliënt vrij was nadat de vrachtwagen tot stilstand was gekomen. Gezien de diverse schakels tussen de handeling van cliënt en het overlijden, is dit gevolg redelijkerwijs niet meer aan cliënt toe te rekenen. Volgens de raadsman kan wel een veroordeling volgen voor gevaarlijk of hinderlijk rijgedrag; dat is echter een aanzienlijk minder zwaar feit waarvoor geen oorzakelijk verband tussen het verweten gedrag en het ongeval te worden vastgesteld. Voor een dergelijk feit worden geen zware straffen opgelegd.
De rechtbank doet op 30 januari a.s. uitspraak.
Klik hier voor een verslag van de zitting in het Dagblad van het Noorden.