Gisteren verscheen in de media een bericht dat een tbs'er niet is teruggekeerd van verlof. Hij wordt in het bericht als 'vuurwapengevaarlijk' bestempeld. De man zou niet tijdig zijn teruggekeerd van onbegeleid verlof.
Voor zover wij weten, betreft het geen cliënt van ons kantoor. Wij knnen de details van de kwestie niet. Maar wij staan tientallen tbs-gestelden bij. Wij durven te stellen dat aan een tbs-gestelde zeker geen machtiging onbegeleid verlof wordt afgegeven indien hij vuurwapengevaarlijk zou zijn.
Onbegeleide verloven passen bij een behandeling waarbij geleidelijk vrijheden worden uitgebereid. Voorafgaande aan elk verlof wordt het risico op strafbaar handelen getaxeerd. Indien het gevaar op strafbare feiten nog steeds aanwezig is, zal geen verlof worden verleeend.
Een onttrekking aan het verlof is uitzonderlijk. Per jaar zijn er in Nederland ongeveer 70.000 verloven van tbs-patiënten (alléén onbegeleid en begeleid). In 2018 waren er 11 onttrekkingen vanuit (on)begeleid verlof (niet op de afgesproken tijd terugkeren of niet op de afgesproken plaats zijn). Dit betekent dat er in 0,016% van deze verloven sprake was van een onttrekking.
Wij merken als kantoor dat tbs onder een vergrootglas ligt. Regelgeving rondom dit thema is niet zelden gebaseerd op incidentenpolitiek. En dat terwijl de tbs-behandeling vaak succesvol is en leidt tot een fors lager recidiverisico dan wanneer een gevangenisstraf is opgelegd.
Journalistieke berichtgeving waarbij een persoon die (nog) niet is terug gekeerd van verlof ten onrechte als vuurwapengevaarlijk wordt betiteld, zet de tbs opnieuw ten onrechte is een onjuist daglicht.
Het is mede om deze rede dat het goed is dat er advocaten zijn die opkomen voor de belangen van tbs-gestelden. Ons kantoor heeft diverse specialisten op tbs-gebied. Jan Boksem is zelfs bestuurslid van de vereniging van tbs-advocaten. Tbs-gestelden kunnen altijd een beroep op onze bijstand doen.