In de zogeheten A7-blokkadezaak zal de procureur-generaal op 13 oktober a.s. een conclusie indienen. Dit is een advies aan de Hoge Raad. Daarmee is voor de verdediging de eerste hobbel in de cassatieprocedure genomen. De procureur-generaal kan sinds enige tijd ook aangeven dat het beroep in cassatie wat hem betreft niet-ontvankelijk is wegens onvoldoende belang of omdat de klachten klaarblijkelijk niet tot cassatie kunnen leiden. Als de Hoge Raad het daarmee eens is eindigt de cassatieprocedure al in deze fase. Van die mogelijkheid maakt de procureur-generaal dus geen gebruik.
Namens zes cliënten is beroep in cassatie ingesteld. Het hof veroordeelde op 31 oktober 2019 vijf cliënten tot 90 uren werkstraf wegens het versperren van een snelweg, het verhinderen van een betoging en dwang. De cliënten waren in november 2017 betrokken bij een langzaam-aan-actie op de A7 nabij Joure tegen de komst van anti Zwarte Piet-demonstranten bij de landelijke intocht van Sinterklaas in 2017. Ook namens Jenny Douwes is cassatieberoep ingesteld. Zij werd veroordeeld wegens opruiing en uitlokking van strafbare feiten op de A7.
Aan de Hoge Raad is onder meer de vraag voorgelegd of het juist is dat het niet uitmaakt – zoals het hof heeft overwogen – welke rol de verdachte op de A7 heeft gehad om medeplegen te bewijzen. Bovendien is het de vraag of het gerechtshof terecht heeft kunnen oordelen dat alle verdachten opzet hebben gehad op het versperren van een snelweg, met name omdat het doel hooguit een langzaam-aan-actie was waarbij het juist niet de bedoeling was om op de snelweg stil te staan.
In de zaak Jenny Douwes is aan de Hoge Raad de vraag voorgelegd of het hof terecht kon oordelen dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in de vervolging terwijl de persoon die samen met Douwes de oproep op Facebook heeft gepubliceerd niet is vervolgd. Ook heeft de verdediging betoogd dat Douwes gerechtvaardigd heeft mogen vertrouwen op een mededeling van de politie dat zij niet zou worden vervolgd wegens opruiing. Het hof heeft dit verweer gepasseerd. Het hof heeft ook het verweer verworpen dat haar uitlatingen op Facebook onderdeel vormen van de vrijheid van meningsuiting en – mede gelet op het ludieke karakter van de oproep - geen strafbare opruiing opleveren. Daarnaast is in de zaak Douwes van belang in hoeverre zij opzettelijk heeft opgeruid tot strafbaar gedrag op de A7, terwijl zij stelt dat het niet de bedoeling was om de snelweg te versperren.
Nadat de procureur-generaal zijn advies heeft geformuleerd, zal de Hoge Raad een datum bepalen voor de uitspraak.