Het stopzetten van alle lopende alcoholslotprogramma’s wordt mogelijk in kort geding gevorderd. Dat heeft juridisch medewerker mr. Nico de Vries in samenwerking met mr. Bert Kabel (advocaat in Eindhoven) Annemiek van Spanje (advocaat in Amsterdam) en Jos Willemsen (advocaat in Haarlem) deze week besloten.
De minister van Infrastructuur en Milieu, mevrouw Schultz van Haegen, heeft in oktober jl. laten weten voorlopig geen nieuwe alcoholslotprogramma’s op te leggen. De reden hiervoor is volgens haar het feit dat de Raad van State kritiek heeft geleverd op het ASP. Welke kritiekpunten dit zijn, is niet bekend gemaakt.
Het CBR heeft recent aan ons kantoor laten weten dat elk reeds opgelegd ASP wordt voortgezet. Dit ondanks de kennelijk ook bij de minister heersende twijfel over de betrouwbaarheid van het ASP.
Inmiddels heeft de rechtbank in Amsterdam op 12 november jl. als voorlopige voorziening geoordeeld dat een persoon aan wie een ASP is opgelegd, dit programma voorlopig niet hoeft te volgen. "Gelet op het feit dat de Minister naar aanleiding van genoemde vragen in nieuwe gevallen geen nieuwe alcoholslotprogramma's oplegt, kan niet niet zonder meer worden gezegd dat het beroep geen kans van slagen heeft."
Indien echter tegen het besluit om aan iemand een ASP op te leggen geen bezwaar meer kan worden gemaakt omdat de bezwaartermijn van zes weken is verstreken, zou het ASP formeel-juridisch ondanks de twijfel over de betrouwbaarheid van het ASP moeten worden afgemaakt. Dat is in strijd met het gelijkheidsbeginsel.
Naar verwachting doet de Raad van State in november een uitspraak over de lopende alcoholslotprogramma’s. Het is op dit moment niet duidelijk of deze uitspraak algemene werking heeft. Indien dat laatste niet het geval is, zal de rechter namens vele cliënten in kort geding worden verzocht om met een beroep op het gelijkheidsbeginsel alle lopende ASP-zaken op dezelfde manier te behandelen als de nieuwe zaken.