Robert M, de hoofdverdachte in de Amsterdamse zedenzaak, heeft samen met zijn raadslieden meer tijd nodig om een definitieve beslissing te nemen over het instellen van cassatieberoep. Omdat de wettelijke termijn om beroep in te stellen slechts veertien dagen bedraagt, is inmiddels cassatieberoep ingesteld. Op deze wijze is voldaan aan de beroepstermijn. Een ingesteld beroep kan zo nodig nadien worden ingetrokken.
De verdediging wenst cliënt zorgvuldig te adviseren omtrent te mogelijkheden in een cassatieprocedure. Dat vergt nadere bestudering van het arrest. De raadslieden wensen ten behoeve van een cassatieadvies aan onze cliënt bovendien breed overleg met de overige advocaten van het kantoor. In verband met de vakantieperiode is een deel van deze advocaten echter thans niet aanwezig. Dit kantooroverleg zal spoedig na afloop van de vakantieperiode plaatsvinden.
