Op dinsdag 18 juni a.s. om 14.00 uur dient ten overstaan van het gerechtshof in Leeuwarden het hoger beroep in de zaak tegen een 49-jarige inwoner van Leeuwarden. In juni 2012 veroordeelde de politierechter onze cliënt tot een geldboete van € 500 wegens het beplakken van verkiezingsborden met oude kranten. Het hof heeft in oktober jl. de zaak aangehouden voor nader onderzoek. Onze cliënt beplakte de borden naar aanleiding van een conflict met de gemeente. De gemeente had hem ontslagen als posterplakker. De verkiezingsborden zijn eigendom van de gemeente.
Het beroep richt zich met name tegen de verwerping van het ontvankelijkheidsverweer. Raadsvrouwe mr. Amrah Hertogs bepleitte in eerste aanleg onder meer dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk verklaard zou moeten worden. Het strafrecht moet volgens haar als uiterst middel worden ingezet; een feit van een dergelijke geringe ernst rechtvaardigt in de visie van de verdediging geen strafrechtelijke vervolging. De rechter verwierp dit verweer echter.
Voorts betoogde de advocate bij de politierechter dat geen sprake is van vernieling, beschadiging of het onbruikbaar maken van de verkiezingsborden. De verkiezingsborden zijn immers niet kapot gegaan en er konden nog steeds posters over de kranten heen geplakt worden. De politierechter oordeelde anders en stelde dat sprake was van – tijdelijk – onbruikbaar maken. Door het beplakken van deze borden met kranten zijn - in ieder geval korte tijd - de verkiezingsposters posters op de borden niet zichtbaar geweest voor het publiek.