De 28-jarige barman Danscafé Havana in Den Haag is heden vrijgelaten. Volgens de raadkamer van de rechtbank in Den Haag zijn er onvoldoende ernstige bezwaren voor opzettelijke brandstichting. De rechtbank honoreerde daarmee het verzoek tot invrijheidstelling van raadsvrouwe mr. Amrah Hertogs.
Onze cliënt is op 2 juni jl. aangehouden op verdenking van opzettelijke brandstichting met (levens)gevaar voor personen en goederen. Bij een act met vuur, welke in Havana regelmatig opgevoerd wordt, zijn acht personen gewond zijn geraakt. De barman was degene die de act uitvoerde en ons kantoor staat hem sinds deze week bij.
Volgens de verdediging zijn er onvoldoende aanwijzingen dat cliënt zich schuldig heeft gemaakt aan opzettelijke brandstichting. Er lijkt veeleer sprake te zijn van een zeer naar ongeval. De raadkamer heeft dit betoog dus gevolgd en de vordering van het Openbaar Ministerie om het voorarrest te verlengen om die reden afgewezen. De raadkamer heeft tevens besloten tot de onmiddellijke invrijheidsstelling van cliënt.
Cliënt blijft nog wel verdachte in deze zaak en zal zich zeer waarschijnlijk voor de rechter moeten verantwoorden. Dat proces kan hij nu in vrijheid afwachten. Een datum voor een inhoudelijke behandeling van de zaak is nog niet bekend.
Overigens is in de wet geregeld dat het OM tegen de beslissing van de raadkamer hoger beroep kan instellen. Of van deze mogelijkheid gebruik wordt gemaakt, is op dit moment niet bekend.
