Teeven heeft voorgesteld om van verdachten die weigeren mee te werken aan een psychiatrisch onderzoek zonder toestemming van de verdachte medische gegevens op te vragen bij artsen. Het gaat in dit soort gevallen steeds om uiterst persoonlijke gegevens. Deze maatregel is een veel te grote aantasting van de privacy. Bovendien doorbreekt dit voorstel het medisch beroepsgeheim. Het risico bestaat dat verdachten zich om die reden niet meer wenden tot een arts, ook niet indien wellicht sprake is van een psychiatrische stoornis. Tot slot wordt het fundament onder de tbs wel erg wankel indien stukken worden gebruikt die enige tijd geleden voor een volstrekt ander doel zijn opgemaakt dan voor een gedragsdeskundig onderzoek in hetr kader van een strafzaak.
Daarnaast heeft Teeven voorgesteld om tbs’ers die op de long stay afdeling zijn geplaatst in beginsel geen verlof meer te verlenen. Achtergrond hierbij is dat daarmee ernstige incidenten worden voorkomen. Los van het feit dat tbs – in tegenstelling tot een gevangenisstraf - in principe gericht is op behandeling en op terugkeer in de maatschappij, wordt in de brief van de staatssecretaris als doel vermeld “om de veiligheid te vergroten”. Dat uitgangspunt is echter onjuist. In 2004 en 2005 hebben zich incidenten voorgedaan waarbij tbs’ers ernstige strafbare feiten hebben gepleegd. Het gaat echter om incidenten. Er worden ca. 50.000 verloven per jaar verleend. In de berichtgeving over dit onderwerp komt vrijwel nooit terug dat deze verloven vrijwel altijd goed verlopen. Van alle tbs-gestelden op verlof komen jaarlijks ca. 28 personen niet tijdig terug. Een zeer klein promillage dus. Die plegen daarmee nog geen strafbaar feit. De laatste jaren zijn geen levensdelicten begaan door een tbs’er tijdens verlof. Het is dus onjuist dat de veiligheid van de samenleving deze aanscherping van het verlof noodzakelijk maakt.
Daar komt bij dat de beslissing om een tbs-patiënt op de long stay te plaatsen wordt genomen door de minister, een politieke passant. Indien de wet op voorstel van de staatssecretaris toch wordt aangepast, zou het zuiver zijn om te regelen dat deze ingrijpende beslissing over wordt gelaten aan een onafhankelijke rechter.
Eerder had de staatsecretaris al laten weten dat een bepaalde categorie tbs-gestelden, te weten zedendelinquenten, levenslang gevolgd moet worden. Dat betekent dat de rechter de tbs nooit meer onvoorwaardelijk mag beëindigen. Dat ook dat voorstel niet op bijval van ons kantoor kan rekenen, is eerder op deze site kenbaar gemaakt.