Het openbaar ministerie heeft de strafzaak tegen Hilbrand en Wesselink geschikt. Door betaling van een geldbedrag van € 500 is hun strafzaak afgedaan. BNN is nooit als verdachte aangemerkt. Het openbaar ministerie (OM) heeft – mondeling en schriftelijk -laten weten BNN niet te zullen vervolgen.
Tegen de beslissing van het OM om de zaak tegen Hilbrand en Wesselink te schikken en om BNN niet te vervolgen is door Verlinde en diens partner in april 2010 een klacht ingediend bij het gerechtshof in Den Bosch. Een dergelijke klacht (artikel 12 wetboek van strafvordering) heeft als doel om vervolging (dus het voor de strafrechter brengen van een verdachte) af te dwingen.
Mr. Tjalling van der Goot staat BNN als raadsman bij.
Het hof heeft de klacht afgewezen voor zover deze betrekking had op het niet-vervolgen van Sophie Hilbrand en Filemon Wesselink. De klacht is gegrond verklaard voor zover het beklag ziet op de niet-vervolging van BNN. De officier van justitie is bevolen BNN te dagvaarden wegens overtreding van artikel 139b van het wetboek van strafrecht (i.e. opnemen elders dan in een woning).
Het hof heeft in zijn beschikking onder meer geoordeeld: “Met betrekking tot hetgeen de raadsman van BNN heeft aangevoerd omtrent de persvrijheid en het Europees Verdrag dient, naar het oordeel van het hof, door de rechter in de bodemprocedure te worden geoordeeld.” De verdediging leest deze passage aldus dat de afweging of in het kader van de journalistieke vrijheid een strafrechtelijke grens mocht worden overschreden in ‘de zaak Verlinde’, de rechter na een afweging van alle relevante feiten en omstandigheden en in de openbaarheid moet maken.
Algemeen directeur van BNN, de heer Lucas Goes, heeft tegenover het ANP verklaard dat "we er wel van op kijken dat Albert Verlinde via deze weg nogmaals aandacht voor de zaak wil vragen. Wij dachten dat de zaak was afgesloten met de boete voor Sophie en Filemon. Het doel van de afluisteractie in BNN's VOC was om te laten zien dat er een grens is aan de berichtgeving over het privé-leven van publieke personen. Deze uitspraak toont juist precies aan wat wij wilden onderzoeken. Er is wel degelijk een grens. We zien het nu vooral als een goede kans voor ons en de rechter om de privacywetgeving in Nederland nog eens tegen het licht te houden. Dat lijkt ons ook goed nieuws voor Verlinde."
Het is nog niet bekend wanneer de zaak inhoudelijk zal worden behandeld. De kwestie zal worden behandeld door de rechtbank in Den Bosch.