De Friese nieuwssite It Nijs heeft deze week op haar website een Friestalige column van Tjalling van der Goot gepubliceerd.
Hieronder volgt de Nederlandse vertaling.
“Straffen en verkeer, het blijft een complexe combinatie. De minister van Veiligheid en Justitie, Stef Blok, probeert nu met een plan om de straffen omhoog te drijven. De meeste mensen in ons land zullen zo’n plan niet dadelijk afkeuren. Zwaardere straffen passen immers bij het hedendaagse klimaat. Totdat men zelf ooit te maken krijgt met een verkeersdelict. Een delict dat ook nog eens niet met opzet is begaan. Dan ineens komt men er zelf achter dat zwaarder straffen niet de oplossing is. U hoort wel, ik ben kritisch op het verhogen van straffen in het verkeer. Maar waarom eigenlijk?
In het algemeen geldt dat hogere straffen niet werken. Een harde aanpak kost niet alleen veel gemeenschapsgeld, maar de kans dat iemand na – bijvoorbeeld een taakstraf – weer opnieuw een strafbaar feit begaat, is veel kleiner dan de kans dat iemand opnieuw de fout ingaat na een ondergane gevangenisstraf. Waarom dan toch zo’n voorstander zijn van een gevangenisstraf? In heel zware zaken kunnen wij ons er misschien wel wat bij voorstellen dat een gevangenisstraf noodzakelijk is. Voor sommige zaken is nu eenmaal een taakstraf te licht. Maar als u de keus heeft om bij wat minder ernstige feiten te kiezen tussen een taakstraf of een celstraf, dan zal een groot deel van de bevolking in ons land toch kiezen voor een gevangenisstraf, ondanks het feit dat gebleken is dat deze niet helpt. In onze maatschappij is het woord ‘wraak’ steeds meer aanwezig. En dat is geen goede ontwikkeling.
Nu heeft minister Blok eind juli aangekondigd dat sommige verkeerszaken, zoals het rijden met alcohol, doorrijden na een aanrijding, en het rijden zonder rijbewijs zwaarder bestraft moet worden. De vraag is of dat niet meer een voorstel is voor de bühne en om slachtoffers tegemoet te komen. Is het nodig om verdachten in het verkeer harder aan te pakken?
Het verhogen van de maximum straffen om herhaling te voorkomen, is primair bedoeld voor daders die voordat zij een strafbaar feit begaan een rekensom maken. Wat zijn de kansen dat ik gepakt wordt en welke straf hangt mij dan boven het hoofd? Berekenende criminelen. Over die categorie daders heeft Blok het evenwel niet. In het verkeer is over het algemeen geen sprake van berekenend gedrag. Nee, het gaat meestal om verkeerde inschattingen, niet goed uitkijken, geen opzet. En bij het rijden onder invloed van alcohol gaat het om mensen die juist na het drinken van alcohol minder goed kunnen nadenken en om die reden de keuze maken om in de auto te stappen. Het gaat dus om mensen op wie zwaardere straffen geen effect zullen hebben.
Maar wat bekent het voorstel dan in de praktijk? Bijvoorbeeld het rijden onder invloed van alcohol. Fout natuurlijk. Daar is iedereen het wel over eens. De wet regelt dat na overtreding van dat verbod een straf kan worden opgelegd van maximaal drie maanden celstraf of een geldboete van bijna € 7.000,00. In mijn praktijk heb ik nog nooit meegemaakt dat de rechter ook maar in de buurt is gekomen van die maximumstraffen. Waarom dan verhogen?
Rijden zonder rijbewijs dan. Ook dat mag niet. Ook hiervoor kan een straf worden opgelegd, dat is zeker. Tot zover is er ook geen discussie. Voor het rijden zonder rijbewijs kan volgens de wet een celstraf van twee maanden of een geldboete van maximaal zo’n € 3.500,00 worden opgelegd. Ik heb nog nooit in mijn praktijk gezien dat een rechter dergelijke hoge straffen heeft opgelegd. Waarom dan verhogen?
Ondertussen loop ik lang genoeg mee in de praktijk om te weten dat de laatste tijd het belang van slachtoffers steeds belangrijker is geworden. Voor slachtoffers heeft een ieder sympathie. Nog niet lang geleden verklaarde het ‘Fonds Slachtofferhulp’ dat de huidige straftoemetingen niet genoeg recht doen aan het leed en de behoeftes van slachtoffers. Met andere woorden, de straffen worden te laag bevonden. Er is dus een grote opwaartse druk op de strafmaat vanuit de hoek van slachtoffers. Vanuit de gedachte dat slachtoffers niet om hun eigen leed hebben gevraagd, moet men stevig in de schoenen staan om deze druk te weerstaan. Waarom zouden wij de wensen van slachtoffers immers niet overnemen? De stem van slachtoffers heeft een groter bereik dan die van verdachten. Maar als slachtoffers in de wet worden tegemoetgekomen, moet het geen fopspeen worden, geen kosmetische ingreep. Als u en ik nu al weten dat de rechters geen behoefte hebben om het pakket aan straffen uit te breiden opdat hogere straffen kunnen worden opgelegd, valt de basis voor het plan van de minister voor een groot deel weg.
Begrijp mij niet verkeerd, ook ik ben er voorstander van dat vervelend en strafbaar gedrag in het verkeer wordt aangepakt. Maar die aanpak ligt wat mij betreft niet in het verhogen van straffen. Het verleden heeft uitgewezen dat strenger straffen niet werkt. Investeer in de rijopleiding, doe aan voorlichting, concentreer je op zogenaamde recidivisten (die al vaker zijn gepakt), geef desnoods de rechter de bevoegdheid om het volgen van een alcoholcursus als een maatregel in het vonnis op te leggen. Het strafrecht is vaak niet de oplossing. Strafrecht is geen smeerolie om burgers in het gareel te laten lopen. Het is een laatste redmiddel om gedrag te beïnvloeden. Die nuance hoop ik in het parlement tegen te komen als het voorstel van Blok wordt besproken. En wie weet, wordt het plan alsnog afgeschoten."