In Highlife Magazine van deze maand is een interview gepubliceerd met Tjalling van der Goot. Highlife is een tijdschrift voor gebruikers van en geïnteresseerden in cannabis. Van der Goot staat veel verdachten bij in hennepgerelateerde zaken. Directe aanleiding voor het vraaggesprek is zijn bijstand aan Doede de Jong, de principiële hennepteler uit Appelscha die recentelijk door het gerechtshof werd schuldig verklaard zonder oplegging van een straf.
Klik hier voor het interview. Hieronder volgen enkele citaten.
Op de vraag of de zaak tegen Doede de Jong een politiek proces was, antwoordt Van der Goot: “Ik zekere zin heeft elk proces rond cannabis een politieke component. Rechters spreken namelijk recht binnen het kader van een door de politiek geschapen wettelijk kader. In dit land is de rechterlijke macht van de politiek gescheiden en kan dus geen politieke uitspraken doen. Rechters kunnen in hun vonnis wel laten doorklinken dat zij met een politieke lijn ongelukkig zijn of dat zij er niet mee uit de voeten kunnen. In de zaak van Doede de Jong hebben de raadsheren van het hof hun best gedaan om lenig met de wet om te gaan. Daarmee heeft het hof een duidelijk signaal afgegeven dat strikte toepassing van de wet in dit concrete geval onjuist zou zijn. Dat zou je een politiek signaal kunnen noemen.”
“Gedoogbeleid is per definitie niet consistent. Het is hinken op twee gedachten. (…) Als ik het voor het zeggen had, zag het er allemaal heel anders uit. Ik kan de eigenaren van coffeeshops of de kleine thuiskwekers onder mijn cliënten dit tweeslachtige cannabiosbeleid niet goed uitleggen.”
“Overtuigen, met argumenten proberen de rechter te beïnvloeden is ons vak. (..) Bedenk wel dat bij elk proces veel voorwerk wordt verricht. Wat je in de rechtszaal ziet, is eigenlijk het einde van een proces. Het mooie van het strafrecht – in tegenstelling tot bijvoorbeeld civiele zaken – is dat vrijwel alle zaken mondeling worden behandeld. Geen ellenlange schriftelijke uitwisseling van standpunten dus. Een pleidooi houden is het mooiste van ons beroep. Knallen, overtuigen, improviseren en overreden.”
“Een goede advocaat is geen tegenstander van de rechtsstaat, maar juist een hoeder van die rechtsstaat. En het is ontzettend belangrijk dat de rechtsgang zuiver blijft. Verdachten hebben wettelijk vastgelegde rechten, dus ook onze cliënten. En daarom komen we op voor onze cliënten. Niet om ze een straf te laten ontlopen, maar om erop toe te zien dat het recht zuiver blijft.”
