Het gerechtshof in Den Bosch heeft op 15 december jl. een kermisexploitant uit Langenboom en een voormalige werknemer vrijgesproken van schuld aan zwaar lichamelijk letsel. In september 2007 raakte op de kermis in Beek en Donk een gondel los van een van de armen van de zogeheten ‘Polyp’. Een tweetal inzittenden liep daarbij zwaar letsel op. Onderzoek heeft uitgewezen dat de borgpen, waarmee de gondel op de arm is verankerd, niet meer in de daartoe geëigende plaats was aangebracht.
Mr. Tjalling van der Goot verdedigt het bedrijf en diens leidinggever; mr. Gerben Pol is raadsman van de werknemer.
Opmerkelijk is dat het gerechtshof overweegt dat “moet worden aangenomen dat die borgpen later, gedurende de bedrijfstijd op 7 september 2007, onbevoegdelijk en moedwillig is verwijderd.” Met de verdediging is het hof dus van oordeel dat sprake is geweest van sabotage.
Het hof overweegt dat het enkele feit dat de borgpen met bijv. een splitpen had kunnen worden geborgd, “slechts in beperkte mate het verwijderen van een borgpen zouden hebben kunnen voorkomen, omdat die maatregelen door werkelijke kwaadwillenden ook betrekkelijk eenvoudig ongedaan gemaakt hadden kunnen worden.” Om die reden is gen sprake van een strafrechtelijk te maken verwijt.
Cliënten hebben zich steeds op het standpunt gesteld dat zij alle mogelijke voorzorgmaatregelen hadden genomen en dat hen geen verwijt kon worden gemaakt. Sabotage was domweg niet te voorzien. Cliënten zijn verheugd te constateren dat het hof hun visie op dit punt deelt. Zij hopen dat hiermee een voor alle betrokkenen, dus ook de slachtoffers, een pijnlijk hoofdstuk kan worden afgesloten.
Het openbaar ministerie heeft het recht om binnen veertien dagen beroep in cassatie in te stellen.