Het dagblad Trouw publiceerde op 9 maart jl. een interview met raadsman mr. Wim Anker. Het gesprek ging in het bijzonder over zijn gevecht tegen de levenslange gevangenisstraf.
Volgens Anker betreffen de levenslang gestraften een categorie met een structureel gebrek aan toekomstperspectief. Vlak na de invoering van deze straf zei de toenmalige minister “In beginsel deugt zij niet.”
Anker heeft nog regelmatig contact met diverse levenslang gestraften. “Ik ga bij hen langs om humanitaire redenen. Het is niet mijn tweede natuur om, als alles achter de rug is, te zeggen: Het ga je goed.”
Het probleem bij deze categorie veroordeelden schetst Anker aldus: “Elke dag van een levenslang gestrafte is gelijk aan de vorige dag. Naarmate het verblijf langer duurt, dunt de sociale kring uit. Dan wordt een leven lethargisch, perspectiefloos, horizonloos, is er moedeloosheid, wanhoop. De deur is voorgoed dicht.”
Anker noemt het kantoor “principieel met een sociaal gezicht.”
Hij ergert zich aan het verharde klimaat van de laatste jaren in de samenleving en in de politiek. “Wij willen dat de wet gewijzigd wordt. Na twintig jaar moet er een toetsing zijn door een rechterlijke instantie. Dat is iets anders dan zeggen dat elke levenslang gestrafte na twintig jaar vrij moet komen. Dat zal niet gebeuren. Na twintig jaar kan serieus gekeken worden naar het recidivegevaar, het gedrag van de betrokkene, en zijn persoonlijkheid. (…) Vrijwel alle Tweede-Kamerfracties heb ik over de toetsingsmogelijkheid gesproken. Sommige Kamerleden zeiden na afloop van ons gesprek: We zijn het met u eens. Maar we steunen het niet. Het is electoraal niet handig.”
“Wat ik in alle bescheidenheid markant vind, is dat ik in de jaren tachtig en negentig een roepende in de woestijn was. Ik heb kennelijk heel hard geroepen, want ik constateer met vreugde dat de groep levenslang gestraften nu volop aandacht krijgt.”
Klik hier voor het volledige interview.